BeschrijvingAlgemeen:Gesloten, symmetrisch woningblok van eengezins arbeiderswoningen, gelegen aan de Arnoud van Gelderstraat (19 wooneenheden) en de Willem Mariastraat (4 wooneenheden), gebouwd in een sobere, expressionistische stijl.Het bouwblok is op de hoeken visueel afgesloten door afwijkende bebouwing, namelijk twee haaks op de langgerekte bebouwing geplaatste uitspringende bouwdelen met een laag aangezette topgevel onder een loodrecht op de rooilijn geplaatst zadeldak. Tussen de hoekpanden bevinden zich 17 wooneenheden. De woningen omvatten drie niveaus, te weten een begane grond, een eerste en een zolderverdieping onder een met rode verbeterde Hollandse pannen gedekt zadeldak, evenwijdig aan de straat. Zowel aan de Arnoud van Gelderstraat als aan de Willem Mariastraat zijn de woningen aan de voorzijde voorzien van een ondiep voorerf met een lage tuinmuur, die onderdeel uitmaakt van de architectuur van de woningen. Op het achterterrein bevinden zich achtererven met een grote diversiteit aan schuurtjes, omgeven door een tuinmuur. Tegelijk met dit bouwblok werd aan de noordzijde van de wijk de Muntel, op een perceel dat begrensd wordt door de Frederik van Egmondstraat, de Van IJsselsteinstraat, de Willem van Nassaulaan en de Willem Mariastraat 45 een gelijksoortig woningencomplex gebouwd; dit complex is aangewezen als rijksmonument. Voorgevel (Arnoud van Gelderstraat):Het in staand verband uitgevoerde metselwerk van de hoekpanden wordt verlevendigd door het afwisselende gebruik van donkere stenen in de plint en gele Waalsteen in het bovenliggende muurwerk. In de topgevel van het hoekpand nr. 34 is een kunststenen plaquette aangebracht met daar in de naam van de opdrachtgever, namelijk de ‘bouwvereniging “St. Joseph” anno 1931’.De toegang tot de hoekpanden bevindt zich in een loggia-achtige portiek onder een overstekende betonnen luifel die rust op een gemetselde en door speklagen gedecoreerde kolom die is geplaatst op een lage, gemetselde borstwering. Ter accentuering van de laag aangezette topgevel is boven de betonnen afdekking van het portiek in het metselwerk één vlechting verwerkt. In de topgevels van de hoekpanden bevinden zich zowel op de begane grond en de eerste verdieping drie vensters. De vensters zijn geplaatst op keramische onderdorpels en bestaan uit een ten opzichte van het muurvlak verdiept onderraam, en een iets breder bovenlicht dat het kozijnhout in hetzelfde vlak als de muur heeft. Enkel het onderraam van de vensters op de eerste verdieping is draaiend. De overige delen zijn vast. In de top bevindt zich een zeer smal en hoog venster. | 1 |
Het metselwerk van de hoekpanden is voortgezet in het langgerekte tussendeel. Op subtiele wijze is hier enige geleding in aangebracht: het muurwerk van de verdieping steekt iets uit ten opzichte van het onderliggende muurwerk. Deze uitmetseling volgt de hoogte van de bovendorpels van de vensters op de begane grond en verspringt bijvoorbeeld bij de kleine, lager geplaatste toiletvensters. Op dezelfde wijze is de strekkenlaag onder de bakgoot met een sprongetje ten opzichte van het onderliggende muurvlak uitgemetseld. De ventilatieroosters in de plint zijn vormgegeven met ten opzichte van het opgaand muurwerk uitgemetselde verticale koppen. De voorgevels van de 17 eengezingswoningen tussen de twee hoekpanden hebben een repeterende opbouw van overwegend drie vensterassen: een deur en twee vensters op de begane grond en drie vensters op de verdieping. Naar alle waarschijnlijkheid zijn alle voordeuren vernieuwd. Zowel op de begane grond als op de verdieping zijn dezelfde vensters geplaatst. Oorspronkelijk zullen alle bovenlichten van de vensters op de begane grond net als nr. 58 voorzien zijn geweest van veelkleurig glas-in- lood. Enkele van de kleine toiletraampjes, te weten nr. 40, 42, 48, 64 en 66, bezitten ook nog de kleurige, in Art Deco-stijl vormgegeven glas-in-lood. De gevel wordt beëindigd door een sobere, uitstekende en gedeeltelijk omlopende bakgoot. Linkerzijgevel (Arnoud van Gelderstraat):Het hoekpand grenst met de linkerzijmuur aan het in 1929-1930 gebouwde buurpand Arnoud van Gelderstraat 32. Slechts een kleine strook blind metselwerk is van deze gevel zichtbaar.Voorgevel (Willem Mariastraat):De opbouw van de gevels aan de Willem Mariastraat komt in grote lijnen overeen met het gevelbeeld aan de Arnoud van Gelderstraat. Het linker hoekpand is voorzien van een inspringende hoek en omvat twee bouwlagen met een zolderverdieping onder twee loodrecht op elkaar geplaatste zadeldaken. Op de rechterhoek daarentegen is aanzienlijk kleiner in volume en moet de prominente topgevel ontberen; het bouwdeel is gedekt met een bescheiden zadeldak. Dit hoekpand telt een begane grond en een zolderverdieping. Aan de rechterzijde wordt de topgevel afgesloten met een hoog opgemetselde schoorsteen. De voordeur bevindt zich in een overhoeks geplaatste portiek, onder een steens rondboog.Tussen de twee hoekpanden bevinden zich twee wooneenheden. De twee vensterassen brede gevels zijn spiegelsymmetrisch van opzet en | 2 |
hebben dezelfde vensters als de voorgevel aan de Arnoud van Gelderstraat.Rechterzijgevel (Willem Mariastraat):De geheel blinde, in staand verband opgemetselde rechterzijgevel heeft een zeer typische opbouw: de dubbele kopgevel suggereert een tweebeukige opzet van het pand, elk voorzien van een eigen zadeldak. Dit, terwijl het pand in werkelijkheid vermoedelijk bestaat uit een zolderverdieping onder een plat dak met een dakschild aan de voor- en aan de achterzijde.Achtergevel:De achtergevels zijn slechts globaal bekeken. Opvallend is de grote diversiteit aan schuurtjes en éénlaags uitbouwtjes. De gevelindeling op de begane grond was niet zichtbaar. De vensterindeling op de verdieping is spiegelsymmetrisch van opzet; er lijkt zich min of meer een herhaling voor te doen van bredere geveldelen met twee dubbelvensters en één enkelruits venster en smallere geveldelen met één dubbelvenster en een raam. Alle vensters geplaatst onder een steens rollaag. De gevel eindigt met een sobere bakgoot. In het dak is een reeks moderne dakkapellen zichtbaar.Interieur:Het interieur behoort niet tot de context van dit onderzoek.Redengevende omschrijvingHet complex bezit monumentale waarde vanwege de architectuur, bouwmassa, stedenbouwkundige situatie, als ensemble en vanwege de bouwhistorische en kunsthistorische betekenis.Het bouwblok bezit cultuurhistorische waarde als bijzondere herinnering aan de grote woningnood in het begin van de jaren dertig van de 20ste eeuw en vanwege het belang voor de ontwikkeling en het doelgroepenbeleid van woningbouwverenigingen. | 3 |